Konijn.
(Oryctolagus cuniculus)
Konijnen worden geboren in een ondergrondse nestkamer, aan het einde van een 1 tot 2 meter lange pijp. Het nest waarin de jongen worden geboren is zacht en bedekt met gras, mos en vacht uit de buik van de moeder.
Bij gevaar stampen konijnen met hun achterpoten en op de vlucht kunnen ze een topsnelheid van 55 km/u halen.
Pa konijn beschermt jonge konijnen tegen andere konijnen, die zich ooit agressief gedragen tegenover vreemde jongen en ze zelfs doden.
Konijnen worden in het wild maximaal negen jaar oud. Tamme konijnen kunnen twaalf jaar worden, maar sterven vaak al veel eerder omdat ze te vet worden.